Brieven aan haar dochter

«[…] Ik heb het altijd vreselijk gevonden als men de kunst behandelt zoals de wetenschap: met een koel verstand onderzoek doen, experimenten ondernemen, ontdekkingen doen. Er zit wetenschap in de kunst, vaak onbewust, maar zij is steevast onderworpen aan de impuls… Het louter intellectuele experiment – in de kunst net zo goed als in de liefde – ontdoet ons van onze menselijkheid: het systeem doorgronden en er gebruik van maken. Ken je Ianchelevici? Samen met Leplae is hij een van de grootste beeldhouwers van onze tijd. Net zo waarachtig als Leplae, maar nog sterker en monumentaler… Ik spreek pertinent tegen dat hij ‘ouderwets’ zou zijn, dat zijn werk niet de tijd en de modes zou overstijgen. Volgens mij stemt de abstractie in de beeldende kunst overeen met verdoken, onbewuste conflicten die men niet heeft verwerkt of gecompenseerd. Ze heeft uiteraard bestaansrecht. Maar het zou een grove vergissing zijn haar te beschouwen als de ware vertegenwoordigster van onze zo veelzijdige tijd.
Maar om terug te komen op Ianchelevici (*), zojuist las ik: “zonder a priori elk abstract werk te veroordelen verbaast Janchelevici zich er vaak over dat kunstenaars op zoek gaan naar een voorwendsel om een creatie te maken die compleet buiten het echte leven staat, dat niettemin een onuitputtelijke bron van inspiratie biedt.”

Alles wat ik zojuist zei, geeft mijn manier van denken weer, maar het is niet mijn rechtvaardiging. Als je wilt weten wat ik over mijn werk denk (ik durf niet eens te zeggen “mijn oeuvre”), zou dat een ander, pijnlijk hoofdstuk vormen, want er ontbreekt iets en ik ben niet tevreden over mezelf. ».

1 mei 1958

(*) Ianchelevici, une vie à l’œuvre, 1909-1994 : Een film van Bernard Balteau en Yvon Lammens, 2009 RTBF-ACTV, www.musee.ianchelevici.be

En verderop:

«[…] Volgens mij is de mislukking van het socialistisch realisme noch aan de toegepaste academische techniek te wijten, noch aan de officiële doctrine, maar aan de opgelegde doctrine. Kunst heeft geen doctrines nodig. Ze ontsnapt aan elke gevangenschap, en een opgelegde doctrine laat alleen zielloze vormen achter… Eventueel kan de doctrine volgen op het kunstwerk, maar ze kan er niet aan voorafgaan. De kunst is een bron, de doctrine is een weg. Je hoort toch nooit: de weg is gebaand, bron, je kunt nu ontspringen?
«[…] Als ik van de natuur wilde afwijken, zou ik dat persoonlijk niet doen om haar te verlaten, maar om meer vat te krijgen op haar onzichtbare delen en haar wortel.»

11 juni 1958